Op 24 januari 2003 werd Van Hout in Amstelveen geliquideerd. Botenhandelaar Robert ter Haak, gevestigd in de door de Amsterdamse vastgoedhandelaar Willem Endstra ontwikkelde Seaport Marina IJmuiden, raakte daarbij zwaargewond en overleed enige tijd later. Na de moord noemden informanten tegenover de Amsterdamse politie Endstra als mogelijk volgend slachtoffer. Deze werd in 2004 inderdaad vermoord. Na zijn dood werd in maart 2006 bekend dat hij Willem Holleeder had aangewezen als de opdrachtgever voor de moord op Van Hout. Holleeder zou volgens Endstra ook plannen hebben gehad zijn eigen zuster Sonja - getrouwd met Van Hout - en haar kinderen te laten ombrengen, om te voorkomen dat zij wraak zouden nemen. Om eventuele verdenking af te leiden had Holleeder tweehonderdvijftigduizend euro voor de met pracht en praal omgeven begrafenis van Van Hout betaald. Vervolgens pikte hij via zijn zuster een serie winstgevende prostitutiepanden van Van Hout in Alkmaar in.
Op 17 april 2007 maakte de politie bekend twee verdachten te hebben aangehouden voor de moord. Die zaten overigens reeds vast voor andere zaken.
Van Hout ligt begraven op begraafplaats Vredenhof in Amsterdam.