Speculaas is een gebak dat weinig rijst, het bevat enkel bakpoeder als rijsmiddel, waardoor het een vaste structuur heeft. Speculaas wordt gemaakt door boter te mengen met cassonade (of basterdsuiker) en speculaaskruiden, en dit dan te mengen met de bloem (traditioneel uitsluitend roggemeel) en het bakpoeder. Bij het maken van het deeg is het belangrijk om de temperatuur van het deeg niet te snel te laten stijgen. Dit deeg wordt liefst een nacht in een koude omgeving gezet zodat de smaak van de kruiden het deeg terdege kan doordringen, waarna het in vormen gebakken wordt in een warme oven.
Kenmerkend voor speculaas zijn - behalve de bruine suiker (liefst bruine rietsuiker) - de speculaaskruiden die bestaan uit een mengsel van kaneel (8), nootmuskaat (2), kruidnagel (2), gemberpoeder (1), kardemom (1) en witte peper (1). Verschillende variaties zijn echter mogelijk met bijvoorbeeld anijs, korianderzaad en foelie.