In 1684 kocht stadhouder Willem III het middeleeuwse jachtslot Het Loo (nu ‘Het Oude Loo’ genoemd) inclusief de omringende gebouwen, bossen, landerijen en waterlopen. Op deze plek wilde hij een nieuw jachtslot bouwen om te concurreren met buitenverblijven van andere Europese vorsten. Willem en zijn echtgenote Mary Stuart (later koningin Mary II) waren liefhebbers van architectuur en tuinkunst. Het ‘nieuwe’ Loo moest een fraaie zomerresidentie worden waar de stadhouder kon jagen en zijn hoge gasten vorstelijk kon ontvangen.
In 1686 waren het paleis en de tuinen zo goed als klaar. Drie jaar later, in 1689, werden Willem en Mary koning en koningin van Engeland, Schotland en Ierland en bij deze internationale status hoorde een groter paleis. Er kwam een uitbreiding van de tuinen en aan het paleis bouwde men vier paviljoens die het middendeel met de Oost- en de Westvleugel verbinden.
het paleis_vogelvlucht SchenckNa de dood van koning-stadhouder Willem III is het paleis door de opvolgende stadhouders, koningen en koninginnen gebruikt als jachtslot en zomerverblijf.