Uit het sterfgevallenonderzoek van ZonMW uit 2012 blijkt dat 9100 overledenen in 2010 voorafgaand aan het overlijden een verzoek om euthanasie of hulp bij zelfdoding had gedaan. Dit is 6,6% van alle overledenen. Daarvan is 45% wel en 55% niet uitgevoerd. Van de hulpvragers wiens verzoek niet is uitgevoerd overleed 44% al voordat de euthanasie uitgevoerd kon worden. In de overige gevallen werd het verzoek niet ingewilligd om verschillende redenen. Bijvoorbeeld omdat de patiënt het verzoek weer terugneemt of de arts meent dat er niet aan de zorgvuldigheidscriteria van de wet is voldaan. Er zijn ook artsen die om principiële redenen weigeren de levensbeëindiging uit te voeren. Aangezien er geen wettelijke verwijsplicht is voor artsen naar een arts die niet principieel tegen euthanasie of hulp bij zelfdoding is, blijven er dus mensen met een verzoek in de kou staan. Dit geldt niet alleen voor mensen met een lichamelijke ziekte, maar ook chronisch psychiatrische patiënten met een doodswens en mensen die in de beginfase van dementie verkeren.
Om tot een oplossing te komen voor deze verschillende categorieën patiënten is de NVVE, Nederlandse Vereniging voor een Vrijwillig Levenseinde in 2009 met een onderzoek gestart. Als eerste is onderzocht welke mogelijkheden er zijn in de bestaande hospices. Aan het onderzoek hebben 185 hospices meegewerkt. Euthanasie blijkt in tachtig procent van de hospices mogelijk te zijn, palliatieve sedatie is in alle hospices mogelijk. De opname criteria voor een hospice zijn echter gebonden aan een terminale ziekte met een levensverwachting van maximaal drie maanden. Mensen met een chronische ziekte, een geestelijke chronische aandoening en met dementie die een reële doodswens hebben, komen voor een hospice dus niet in aanmerking.
Na deze uitkomst is er een stap verder gezet en een onderzoek gestart naar de haalbaarheid van een levenseindekliniek. De doelstelling van een dergelijke kliniek zou moeten zijn dat ook mensen die nu niet binnen de opnamecriteria van de bestaande hospices vallen, onder begeleiding en omringd door naasten op een menswaardige wijze afscheid van het leven kunnen nemen. Uiteraard op voorwaarde dat zij aan de criteria van de euthanasiewet voldoen. Hulp binnen en buiten de terminale fase die in de bestaande hospices in Nederland nu niet tot de mogelijkheid behoort, zou in deze kliniek gerealiseerd kunnen worden. Uit het onderzoek is gebleken dat de kliniek haalbaar en levensvatbaar is en dat er geen wettelijke belemmeringen voor een dergelijke kliniek bestaan.
Als er aan de Levenseindekliniek gedacht wordt, moet men zeker niet alleen denken aan een gebouw. Veel mensen, van wie de (huis)arts de euthanasie niet wil uitvoeren, willen thuis sterven en niet in een kliniek, hoe zorgzaam en goed de begeleiding daar ook is. Er zijn daarom ambulante teams samengesteld die zowel in de kliniek als daarbuiten werkzaam zullen zijn. Er wordt volgens strikte protocollen gewerkt, waardoor zorgvuldige uitvoering is gewaarborgd.
Opname in de kliniek vindt pas plaats als er uitgebreid is onderzocht of iemand aan de zorgvuldigheidseisen van de wet ‘Toetsing levensbeëindiging op verzoek en hulp bij zelfdoding‘, kortweg de euthanasiewet, is voldaan.
Het initiatief voor de Levenseindekliniek is genomen door de NVVE. Nadat de haalbaarheid onderzocht werd is een project gestart dat leidt tot de oprichting van de Levenseindekliniek. De oprichting is financieel mogelijk gemaakt door de NVVE. Ook is een startkapitaal bijeengebracht door de NVVE en haar leden. De kliniek wordt sinds 1 maart 2012 geleid door de Stichting Levenseindekliniek. Het bestuur van deze stichting is verantwoordelijk voor de exploitatie en kwaliteit van de kliniek en al haar zorgverlening.
Leden van het bestuur van de Stichting Levenseindekliniek zijn:
De heer Mr. J.J.H. Suyver, voorzitter
Mevrouw Drs. A.H.B.M. van den Wildenberg , secretaris
De heer Drs. A.A.J. Streppel, penningmeester
Mevrouw M.S.C. Mous, bestuurslid
De Stichting Levenseindekliniek kent een Adviesraad, waarvan de leden zijn:
Mevrouw Prof. Dr. C.W. Anbeek
Mevrouw Drs. A. Baars
De heer L. Bohlmeijer
Mevrouw Dr. E. Borst – Eilers †
De heer Prof. Dr. H. A. Bruining
De heer Prof. Mr. F. van Wijmen
Voor 2013 is een beleidsplan vastgesteld waarin te lezen valt op welke wijze het beleid van de Stichting Levenseindekliniek vormgegeven is. Klik hier voor het beleidsplan 2013.
Uit het sterfgevallenonderzoek van ZonMW uit 2012 blijkt dat 9100 overledenen in 2010 voorafgaand aan het overlijden een verzoek om euthanasie of hulp bij zelfdoding had gedaan. Dit is 6,6% van alle overledenen. Daarvan is 45% wel en 55% niet uitgevoerd. Van de hulpvragers wiens verzoek niet is uitgevoerd overleed 44% al voordat de euthanasie uitgevoerd kon worden. In de overige gevallen werd het verzoek niet ingewilligd om verschillende redenen. Bijvoorbeeld omdat de patiënt het verzoek weer terugneemt of de arts meent dat er niet aan de zorgvuldigheidscriteria van de wet is voldaan. Er zijn ook artsen die om principiële redenen weigeren de levensbeëindiging uit te voeren. Aangezien er geen wettelijke verwijsplicht is voor artsen naar een arts die niet principieel tegen euthanasie of hulp bij zelfdoding is, blijven er dus mensen met een verzoek in de kou staan. Dit geldt niet alleen voor mensen met een lichamelijke ziekte, maar ook chronisch psychiatrische patiënten met een doodswens en mensen die in de beginfase van dementie verkeren.
Om tot een oplossing te komen voor deze verschillende categorieën patiënten is de NVVE, Nederlandse Vereniging voor een Vrijwillig Levenseinde in 2009 met een onderzoek gestart. Als eerste is onderzocht welke mogelijkheden er zijn in de bestaande hospices. Aan het onderzoek hebben 185 hospices meegewerkt. Euthanasie blijkt in tachtig procent van de hospices mogelijk te zijn, palliatieve sedatie is in alle hospices mogelijk. De opname criteria voor een hospice zijn echter gebonden aan een terminale ziekte met een levensverwachting van maximaal drie maanden. Mensen met een chronische ziekte, een geestelijke chronische aandoening en met dementie die een reële doodswens hebben, komen voor een hospice dus niet in aanmerking.
Na deze uitkomst is er een stap verder gezet en een onderzoek gestart naar de haalbaarheid van een levenseindekliniek. De doelstelling van een dergelijke kliniek zou moeten zijn dat ook mensen die nu niet binnen de opnamecriteria van de bestaande hospices vallen, onder begeleiding en omringd door naasten op een menswaardige wijze afscheid van het leven kunnen nemen. Uiteraard op voorwaarde dat zij aan de criteria van de euthanasiewet voldoen. Hulp binnen en buiten de terminale fase die in de bestaande hospices in Nederland nu niet tot de mogelijkheid behoort, zou in deze kliniek gerealiseerd kunnen worden. Uit het onderzoek is gebleken dat de kliniek haalbaar en levensvatbaar is en dat er geen wettelijke belemmeringen voor een dergelijke kliniek bestaan.
Als er aan de Levenseindekliniek gedacht wordt, moet men zeker niet alleen denken aan een gebouw. Veel mensen, van wie de (huis)arts de euthanasie niet wil uitvoeren, willen thuis sterven en niet in een kliniek, hoe zorgzaam en goed de begeleiding daar ook is. Er zijn daarom ambulante teams samengesteld die zowel in de kliniek als daarbuiten werkzaam zullen zijn. Er wordt volgens strikte protocollen gewerkt, waardoor zorgvuldige uitvoering is gewaarborgd.
Opname in de kliniek vindt pas plaats als er uitgebreid is onderzocht of iemand aan de zorgvuldigheidseisen van de wet ‘Toetsing levensbeëindiging op verzoek en hulp bij zelfdoding‘, kortweg de euthanasiewet, is voldaan.
Het initiatief voor de Levenseindekliniek is genomen door de NVVE. Nadat de haalbaarheid onderzocht werd is een project gestart dat leidt tot de oprichting van de Levenseindekliniek. De oprichting is financieel mogelijk gemaakt door de NVVE. Ook is een startkapitaal bijeengebracht door de NVVE en haar leden. De kliniek wordt sinds 1 maart 2012 geleid door de Stichting Levenseindekliniek. Het bestuur van deze stichting is verantwoordelijk voor de exploitatie en kwaliteit van de kliniek en al haar zorgverlening.
Leden van het bestuur van de Stichting Levenseindekliniek zijn:
De heer Mr. J.J.H. Suyver, voorzitter
Mevrouw Drs. A.H.B.M. van den Wildenberg , secretaris
De heer Drs. A.A.J. Streppel, penningmeester
Mevrouw M.S.C. Mous, bestuurslid
De Stichting Levenseindekliniek kent een Adviesraad, waarvan de leden zijn:
Mevrouw Prof. Dr. C.W. Anbeek
Mevrouw Drs. A. Baars
De heer L. Bohlmeijer
Mevrouw Dr. E. Borst – Eilers †
De heer Prof. Dr. H. A. Bruining
De heer Prof. Mr. F. van Wijmen
Voor 2013 is een beleidsplan vastgesteld waarin te lezen valt op welke wijze het beleid van de Stichting Levenseindekliniek vormgegeven is. Klik hier voor het beleidsplan 2013.
翻訳されて、しばらくお待ちください..
